De Kleijne & Janssen
03-08-2017 | Inkomstenbelasting
Lees meer
Wie in loondienst werkzaam is, heeft recht op reisaftrek als hij zijn woon-werkverkeer met openbaar vervoer aflegt. De met openbaar vervoer afgelegde afstand enkele reis tussen woning en plaats van werkzaamheden moet meer dan 10 kilometer bedragen om recht te hebben op de reisaftrek.
Een belastingplichtige vond het niet toekennen van de reisaftrek een vorm van niet toegestane discriminatie, omdat hij door zijn werktijden geen gebruik kon maken van het openbaar vervoer. Daardoor was hij gedwongen om met de auto naar zijn werk te gaan. Er is niet snel sprake van discriminatie. De wetgever heeft op fiscaal gebied een ruime beoordelingsvrijheid bij het beantwoorden van de vraag of gevallen gelijk zijn en of er een objectieve en redelijke rechtvaardiging bestaat om gelijke gevallen toch verschillend te regelen. Zolang het niet gaat om onderscheid op basis van aangeboren kenmerken van een persoon moet het oordeel van de wetgever worden geaccepteerd, tenzij dat oordeel niet op een redelijke grond berust.
De wetgever heeft met de reisaftrek het woon-werkverkeer per auto terug willen dringen en het reizen met openbaar vervoer willen stimuleren. Daarom is de reisaftrek alleen van toepassing op regelmatig woon-werkverkeer, waarbij de reisafstand geheel of gedeeltelijk per openbaar vervoer is afgelegd. Deze keuze van de wetgever is volgens Hof Arnhem-Leeuwarden niet onredelijk en moet daarom gerespecteerd worden.
Inkomstenbelasting
Formeel recht
Sociale verzekeringen
Om onze website optimaal te kunnen laten functioneren gebruiken wij technologie, waaronder cookies en apparaat gegevens. Wanneer u ons toestemming geeft voor deze technologie, kunnen wij bepaalde informatie en data ontvangen, waaronder uw gedrag op onze website en uw unieke IP-adres. Geeft u geen toestemming of trekt u de toestemming voor het bewaren van cookies in, dan kan dat invloed hebben op de optimale werking van deze website en bepaalde onderdelen.